|
Wagen Gijs is de op één na oudste Holle Bolle Gijs
van het park; alleen
Speeltuin Gijs naast de
Hoorn des
Overvloeds is ouder. Toch werd hij pas acht jaar na
de eerste Gijs, in 1967, aan het park toegevoegd. Na de
komst van Wagen Gijs ging het de familie der Gijzen
echter voor de wind; in korte tijd kreeg hij gezelschap
van een hele reeks door Anton Pieck ontworpen
papierslokkers. Samen met Opa
Gijs en Boekanier Gijs
neemt Wagen Gijs het
Sprookjesbos voor zijn rekening.
|
|
|
We vinden Wagen Gijs op het plein
bij
Langnek, in een hoek naast de
overkapping met het beeld van Kogeloog.
Voor 2003 was het inmiddels kundig
dichtgetimmerde winkeltje onder de
arcade een ideale plaats om tijdens een
wandeling door het Sprookjesbos even tot
rust te komen onder het genot van een
versnapering. Een bekertje koffie of een
worstenbroodje, en dan na afloop: hop,
de rommel zo in Wagen Gijs. Een perfect
stukje Efteling-genoegen.
Wagen Gijs is de eerste Gijs van het
park die niet, zoals de oer-Gijs in de
speeltuin, het hele kinderrijm
verbeeldt, maar slechts een specifiek
deel uit de tekst. Voor Wagen Gijs zijn
dat de eerste versregels: “Heb je wel
gehoord van die hollebolle wagen / waar
die hollebolle Gijs in zat?” Deze
regels zijn dan ook in rood geschilderd
op het bord met het complete rijm dat
naast zijn nis hangt.
Geeuwende
Gijs op het Carrouselplein, die een
jaar later aan het park werd toegevoegd,
verbeeldt de laatste regels van het
rijm, en daar zijn dan ook de laatste
twee versregels rood gemaakt. Wagen Gijs
en Geeuwende Gijs vormen zo een soort
tweeluik. Het is heel goed mogelijk dat
Anton Pieck het idee heeft gehad om het
hele Gijs-rijm zo vers voor vers uit te
beelden in het park. Er is immers ook
een
Gijs-ontwerp van zijn hand voor de
regels “en zeven tonnen bier”
bekend.
Gijs op de hollebolle wagen heeft een
jeugdig uiterlijk; na de baby’s is hij
zeker de jongste van de familie. Met
opengesperde ogen zit hij achterop een
huifkar (de wagen uit het rijm), tussen
de hangende worsten en groenten. Toch is
hij vooral hongerig naar papier, wat
deze blonde jongen niet onder stoelen of
banken steekt. De wagen staat in een nis
met ronde boog, die is uitgespaard in
een vrij vlakke muur die is gestuct
zonder de elders zo vaak voorkomende
scheuren en doorkomende baksteentjes.
Hierdoor sluit de muur overigens goed
aan bij de achterwand van de overkapping
op het plein.
|
|
|
Wagen Gijs kijkt uit op een
prachtig stukje Efteling: de
arcade der
Zes Dienaren |
Wagen Gijs beeldt de eerste
verzen van het bakerrijm uit
dat de basis vormde voor de
familie Gijs |
Worsten in de kar, vleesch en
groenten genoeg. Maar toch wil
Gijs gewoon papier |
Wie de tijd neemt om de verschillende
stemmen van de Gijzen in het park te
beluisteren, zal al snel merken dat
Wagen Gijs de grootste zeurkous is van
het stel: “Komaan, ik heb zo'n honger!
Papier hier... Vooruit ik vind het zo
lekker jongens! Vooruit nou! Schiet nou
op! Zoek me nog eens wat!”, dit alles op
een heerlijke dramtoon. Wanneer Gijs wat
krijgt toegestopt, verrast hij met zijn
kennis van vreemde talen. Wagen Gijs
spreekt met het herkenbare en smakelijke
Eindhovense accent van Peter Reijnders,
die zowel deze Gijs als het verhaal van
de Zes Dienaren op het plein insprak. De
buitenlandse bedankjes zijn een hele
tijd niet te horen geweest: toen de
Revox-bandjes in de Holle Bolle Gijzen
werden vervangen door digitale geluiden,
sneuvelden de buitenlandse
bedankteksten, waardoor Wagen Gijs nog
slechts: "Dank je wel. Oh wat lekker!"
en "Fijn hoor, heerlijk!" zei. In het
jaar 2000 verscheen een deel van de
oorspronkelijke internationale bedankjes
plots op de in meedere opzichten
verrassende Efteling CD 1, en kort
daarop, vanaf de tweede
Winter-Efteling van 2000-2001, waren
ze ook allemaal weer terug te horen in
het park. Wagen Gijs wisselt nu zijn
verschillende dankteksten af. “Merci.”
Een
alternatief ontwerp voor deze Gijs
is gepubliceerd in “Anton Pieck en de
Wonderbaarlijke Geschiedenis van de
Efteling”. Op een ruwe Pieck-schets zien
we Gijs zitten in zijn wagen tussen twee
plompe torentjes, die met de boog een
poortje vormen. Op de muur boven de boog
zijn de eerste regels van het rijm
geschilderd, en vanaf het dakje wijst
een kabouter naar de mond van Gijs.
Net als Langnek is Wagen Gijs in
miniatuurvariant te vinden in Madurodam,
waar het Zes Dienarenplein op schaal
1:25 is nagemaakt.
Heb je wel gehoord / van die
hollebollewagen.
waar die hollebolle / Gijs in
zat. |
|
|
|