De
komst van het vijftigjarig jubileum van de Efteling bracht
met zich mee dat het oude Eftelingwapen ook weer boven
water kwam. Het wapen is opnieuw afgebeeld op de
parkfolder (zij het in moderne vorm) en komt naar alle
verwachtingen ook weer, zoals vroeger, op het fotoboekje
te staan. Verder is het wapen tegenwoordig nadrukkelijk in
het park terug te vinden boven de plattegrond op het
Dwarrelplein. Een ander exemplaar bevindt zich in het
decor van het vervloeckte huys.
Zoals
ieder wapen komt ook dit wapen voort uit de beginselen van
de Heraldiek. Heraldiek, of wapenkunde, is de wetenschap
die wapenschilden, de gekleurde emblemen behorende bij een
individu, een familie of een gemeenschap, bestudeert. Hun
opmaak wordt bepaald door de specifieke regels van de
wapenkunde die het middeleeuwse Europese heraldische
systeem onderscheiden van alle andere embleemsystemen, zij
het vroeger of later, militair of burgerlijk (Michel
Pastoureau, Heraldry - Its Origins and Meanings, London
1997). Nu was Anton Pieck, die dit wapen in het begin van
de jaren zeventig vervaardigde, natuurlijk geen
heraldicus. Toch is het interessant om eens te achterhalen
in hoeverre Pieck zich aan de regels van de wapenkunde
gehouden heeft.
Oorsprong
van de wapenkunde
Voordat we het Eftelingwapen onder de loep gaan nemen is
het misschien leuk eens te kijken naar de oorsprong van
zulke wapens. Wapens doken in Europa ineens op tegen het
midden van de twaalfde eeuw. Hoewel er veel theorieën zijn
bedacht bestaat er geen zekerheid over de reden voor deze
snel opkomende vraag naar onderscheidende symbolen. In
diezelfde tijd gingen ridders tijdens een toernooi helmen
gebruiken die hun hele gezicht beschermden, en maakten het
op die manier onmogelijk voor andere ridders hen te
herkennen. Om zichzelf tijdens een gevecht te
identificeren schilderden de ridders hun eigen kentekens
op hun wapens. Deze symbolen gingen op den duur over van
vader op zoon en werden zodoende een teken van de familie
en niet meer van een individu. Later raakten de
familiewapens van de heren, die inmiddels al jaren van
generatie op generatie werden doorgegeven, ook ingeburgerd
als wapen voor het bezit van die heren. Zij werden als
zodanig gehandhaafd, ook na de dood van een heer. Zo
bestaat het wapen van de gemeente Eindhoven
(woonplaats van een groot deel van het
WWCW-team) uit delen van de wapens van de Hertog
van Brabant en de heer van Cranendonk.
Degenen die de leiding hadden over toernooien waren de
herauten. Het was hun taak alle verschillende wapens die
de ridders gebruikten te beschrijven. Tijdens een echte
oorlog, waar de heer zelf ook aan mee deed, was het de
taak van de herauten om de verschillende troepen met hun
verschillende wapenschilden te organiseren.
Na verloop van tijd ontstond de noodzaak tot
inventarisatie van de verschillende symbolen, niet alleen
om verwarring te voorkomen, maar ook om de mensen ermee
bekend te maken. De taak van inventarisatie werd aan de
herauten (heraldici) gegeven - vandaar dat dit vak bekend
werd als heraldiek. Met behulp van de door hen verkregen
kennis kunnen heraldici ook nieuwe wapens ontwerpen voor
een bepaalde persoon, familie of overheid, gebaseerd op
historische gegevens over voorvaderen en/of het gebied van
herkomst.
Het
Eftelingwapen
Het is de bedoeling dat een wapen een verantwoord
herkenningsteken is. Een wapen vertegenwoordigt het
cultuur-historisch erfgoed en de eigen identiteit. Een
wapen mag geen kermisattractie zijn: op het schild dient
een eenvoudige, goed herkenbare voorstelling te worden
geplaatst, bij voorkeur van historische en symbolische
aard. Deze voorstelling dient een minimum aan wapenfiguren
of -tekens te bevatten. Verder moet het geheel worden
uitgevoerd in duidelijke primaire kleuren.
De wapenkunde maakt gebruik van metalen, kleuren en
vachten. De oude herauten noemden de kleuren naar planeten
en edelstenen. Het aan het eind van de zestiende eeuw
bedachte stelsel van punten en arceringen voor de
verschillende kleuren wordt sinds 1838 algemeen toegepast.
Anton Pieck schijnt zich tot op zekere hoogte aardig aan
bovenstaande richtlijnen gehouden te hebben. Wat eruit
springt wanneer we naar het wapenschild kijken is
natuurlijk het gebruik van de symbolen. Iedereen kent
Kabouter Efteling (of de Kleine-Boodschap-Kabouter) en de
Sprookjesbosheks van oude afbeeldingen, pictogrammen en
natuurlijk hun aanwezigheid in het park. Zij komen al voor
sinds de eerste dagen van het Sprookjesbos en zijn zeker
symbolisch voor deze wieg van de Efteling. Deze symbolen
worden weergegeven in een gevierendeeld wapenschild. Ieder
van die onderdelen
noem je een kwartier, en die kwartieren worden genummerd
vanuit linksboven in een Z-richting. Centraal in het
wapenschild (dat noem je dan een hartschild) staat het
gemeentewapen van Loon op Zand afgebeeld. Dat verwijst
natuurlijk naar het toenmalige beheer van het park, de
gemeente waaraan de Efteling zoveel te danken heeft. De
drie schoenmakershamers, toegevoegd in 1914, herinneren
aan de toentertijd plaatselijke belangrijke
schoenindustrie. De drie horens verwijzen naar het
geslacht Van Horne, dat van 1269 tot 1383 de heerlijkheid
Venloon (later Loon op Zand) bezat. Bovenop het
Eftelingwapenschild vinden we een ridderhelm, in dit geval
een traliehelm. Op de helm zijn dekkleden aangebracht
(deze werden gebruikt als bescherming van het ingeblikte
hoofd tegen de warme zon), dat zijn die krullen aan
weerszijden van de helm. Aan de helm zitten verder nog
twee omhoog-wijzende vleugels bevestigd (dat heet een
vlucht), met daartussen een gouden appel, natuurlijk voor
de Pomme d’Or. Vlucht en appel samen worden het helmteken
genoemd. De aanhechting van het helmteken en de dekkleden
aan de helm wordt gecamoufleerd door een kroontje (een
helmkroon). Dit alles wordt aan weerszijden ondersteund
door twee schildhouders, typische Sprookjesboskabouters,
die half geknield rusten op een lint met het devies “De
Efteling”. Later meer over de eventuele betekenis van deze
randonderdelen.
Wanneer we de globale opzet bekijken is er sprake van op
zich heraldisch verantwoorde onderdelen in dit wapen. Van
een goed wapen moet echter ook een accurate heraldische
beschrijving te maken zijn. Dat blijkt bij het
Eftelingwapen toch nog moeilijker dan het misschien
aanvankelijk lijkt. Niet de minste reden daarvoor is dat
de Efteling niet bepaald consequent is met het
kleurgebruik binnen het wapen. Zo komt de ‘sokkel’ van
Kabouter Efteling voor in bruin, in azuur (blauw), in keel
(rood) en in sabel (zwart). De ondergrond van de heks is
nu eens van keel, dan van zilver (wit) en dan van azuur.
De hozen van de kabouters die het wapenschild dragen zijn
soms azuur, soms sinopel (groen) en soms goud (geel). De
dekkleden zijn de ene keer sinopel, de andere keer van
zilver.
Op de afbeelding van het wapen op het Dwarrelplein is er
helemaal een potje van gemaakt: er is een koningsmantel
over het schild heen gedrapeerd waardoor een gedeelte van
het schild aan het oog onttrokken wordt. De helm en het
helmteken zijn hier volstrekt uniek: zo bombastisch zijn
ze op geen enkele andere afbeelding te vinden. Van
dekkleden, een helmkroon en schildhouders is hier helemaal
geen sprake.
Wanneer we kijken naar de meest recente uitvoering van het
wapen op de parkfolder van 2002 zien we tegenover een
fraai modern uitgevoerd wapenschild een rampzalige eenheid
van helmartikelen. Wat voor de vlucht moet doorgaan lijkt
op de veren van een kaalgeplukte kip. Waar de dekkleden
van zijn samengesteld is helemaal een raadsel, maar het
lijkt op een groentenschotel in de vorm van oosterse
draken.
Het moderne wapen op de parkfolder heeft echter wel een
aantal stapjes voor op de oude uitvoering van Anton Pieck.
Op die oude tekening zien we bijvoorbeeld een helmkroon
waarvan de edelstenen niet juist gerangschikt zijn en
waarvan de bladeren niet juist getekend zijn. Ook de
kleurenverdeling binnen de kwartieren van Kabouter
Efteling zijn niet gelijk (vergelijk de twee maar eens) en
ook niet erg logisch: meestal wordt een kwartier exact in
het midden gedeeld, maar hier lijkt sprake van een
verdeling van éénderde ten opzichte van tweederde (maar
dat is wel toegstaan). De dekkleden hebben normaal
gesproken een andersgekleurde voering, maar in de
originele uitvoering van het Eftelingwapen is hier niets
van terug te vinden. Wanneer we kijken naar de parkfolder,
zien we een kroon waarop de edelstenen een stuk logischer
zijn aangebracht en waarvan de bladeren drie punten
hebben, zoals het hoort (de kroon is eigenlijk nog steeds
te complex voor een helmkroon, maar goed). De
kleurenscheiding in de kwartieren van de kabouter is exact
op de helft gezet. De dekkleden over het nieuwe wapen,
hoewel van een erg vreemd materiaal, bevatten toch al meer
dan één kleur. Wat echter niet veranderd is, is de helm
met daarop bevestigd een hartje in een andere versiering.
Dit is niet noodzakelijk incorrect, maar meestal zien we
om een traliehelm een ketting met een medallion hangen.
Het wapen op de parkfolder is verder driedimensionaal
uitgevoerd en dat is voor een uitvoering op papier een
grote vooruitgang. Tenslotte zijn kabouters en heksen, als
heraldische figuren, uiterst zeldzaam. Maar over deze
laatste twee punten gaan we hier even niet flauw doen.
Als we toch de oorspronkelijke tekening van Anton Pieck
erbij nemen, volgens de parkplattegrond van 1978, komen we
tot de volgende beschrijving. Dit is een moderne
heraldische beschrijving, een klassieke beschrijving met
officiële termen zou de lezer alleen maar vermoeien.
Gevierendeeld; I en IV doorsneden in twee- en
eenderde van goud en bruin, met op en over de
scheidingslijn zittend Kabouter Efteling in zijn
gebruikelijke houding en kleuren; II en III in rood
de gouden, op een bezem vliegende en gepuntmutste
Sprookjesbosheks, in haar gebruikelijke vormgeving.
Hartschild, het gemeentewapen van Loon op Zand: in
goud drie rode met zilver beslagen horens, en een
zilveren schildhoofd met drie zwarte
schuingeplaatste schoenmakershamers. Het schild
gedekt met een zilveren goudbeslagen aanziende
traliehelm, voorzien van een gemonteerd juweel met
in het midden een gouden hart. Dekkleden: zilver.
Helmkroon. Helmteken: een zilveren vlucht waartussen
een gouden appel (‘pomme d’or’). Het schild gehouden
door twee op een been knielende kabouters van
natuurlijke kleur met een lange witte baard, met
rode kovel, grijze wambuis, blauwe hozen en rode
puntschoenen, rustende op een gouden lint met in
zwarte kapitalen DE EFTELING. |
Het lukt
uiteindelijk dus wel om er een heraldische beschrijving
van te maken. Eigenlijk zouden de kabouter en de heks tot
in de kleinste details moeten worden beschreven, maar
omdat het hier toch gaat om een algemeen
bekende manier van afbeelden van deze figuren, volstaat
het ook op deze manier.
Voor zover dat mogelijk is, is het wapen echter alleen in
de meest recente uitvoering correct (tenminste wat betreft
het wapenschild zelf). Zoals eerder beschreven schort het
in de oudere uitvoering nogal aan juiste verhoudingen en
dergelijke. Maar ook in de nieuwe versie zien we nog
steeds de schildhouders en het helmgebeuren. De
schildhouders zijn niet noodzakelijk foutief, hoewel ze in
het dagelijks leven met schaarste toegepast worden op
gebiedswapens. De keuze voor kabouters als schildhouders
is natuurlijk wel erg origineel. Helm, helmtekens e.d.
worden eigenlijk alleen voor familiewapens gebruikt.
Doorgaans wordt op gemeentewapens, indien van toepassing,
gebruik gemaakt van een wapenkroon met een breedte van
ongeveer het gehele schild, die dan ook direct op het
schild staat. Een helm op een gebiedswapen is het gevolg
van een foutieve overname van een familiewapen van de heer
van dat territorium. Het lint met devies misstaat niet in
combinatie met de schildhouders, het maakt het geheel met
schildhouders zelfs wat fraaier en geeft het ensemble een
sluitstuk aan de onderkant. Dit alles er vanuit gaande dat
de Efteling gezien kan worden als een gebied (soort
gemeente); voor natuurparken wordt doorgaans immers geen
wapen ontworpen.
Concluderend kunnen we zeggen dat wanneer we het
Eftelingwapen puur heraldisch bekijken, er natuurlijk geen
moer van klopt. Het wapenschild op zich is dan nog het
meest geschikt, de manier waarop heks en kabouter zijn
uitgevoerd is namelijk wel heraldisch geheel verantwoord.
Maar als we de regels een beetje met een korreltje zout
nemen (wat ook gerust mag) is dit wapen geen verkeerd
wapen voor de Efteling. Dit wapen is een verantwoord
herkenningsteken. Het vertegenwoordigt het
cultuur-historisch erfgoed en de identiteit van de
Efteling. Op het schild is een eenvoudige, goed herkenbare
voorstelling geplaatst van historische en symbolische
aard. Deze voorstelling bevat een minimum aan
wapenfiguren. Verder is het geheel uitgevoerd in
duidelijke primaire kleuren (de oorspronkelijke versie
althans). Het wapenschild zelf is dan ook prachtig. Er
kunnen vraagtekens gezet worden bij de aankleding er
rondomheen, maar ook die zijn te verantwoorden in die zin
dat de helm een ouderwets, ridderlijk, sprookjesachtig
gevoel uitdraagt. De kabouters als schilddragers zijn
natuurlijk toepasselijk en goed bedacht als variatie op de
gebruikelijke leeuwen. Tenslotte heeft het geheel een rijk
en imposant uiterlijk, wat natuurlijk erg goed past bij
een park als de Efteling. Maar uiteindelijk kan dit wapen
wellicht beter gebruikt worden als logo dan als echt wapen
voor de Efteling.
Het wapen in het
park
Het wapen is natuurlijk door Anton Pieck getekend tijdens
de ontwikkelingsjaren van het park, en het
vertegenwoordigt dan ook met name het Sprookjesbos. Heden
ten dage is de Efteling toch wel zo’n vijf keer groter dan
het Sprookjesbos, en tijdens die ontwikkeling is het wapen
dan ook verdwenen als symbool voor het park, toen het
plaats maakte voor Pardoes de Tovernar, die de Efteling
als geheel beter moest gaan representeren.
|
Is het
wapen dan helemaal verdwenen? Neen. Het wapen verschijnt
sinds 1995 weliswaar niet meer op de achterkant van de
fotoboekjes en sinds 1982 niet meer op de
parkplattegronden, maar het is nog wel te vinden. Sinds
1996 kan geen enkele bezoeker
meer heen om het grote in-kunststof-uitgevoerde wapen
boven de parkplattegrond op het Dwarrelplein, zij het dat
deze versie totaal raadselachtig is uitgevoerd. De enige
overeenkomst met de eerdere wapens is het schild zelf. De
oplettende bezoeker vindt sinds 1996 het wapen ook weer in
de eerste voorshow van Villa Volta, in het midden van een
plank met daarop ook andere accesoires, boven de deuren.
Dat is de oude getrouwe uitvoering die vroeger
indrukwekkend boven de ingang van het park heeft gehangen.
Verder kan de echte fan natuurlijk genieten van het wapen
op al zijn oude fotoboekjes, en in de herfst van 2001 dook
het wapen ook weer groots op op het Internet. Het
Wonderlijke WC Web opende haar deuren, met een gigantisch
Eftelingwapen op de voorpagina. Ook dit was een variant op
het oorspronkelijke wapen (zie beschrijving hieronder),
maar deze keer met een humoristische inslag die verwees
naar het onderwerp van de site. Was het toen al bekend dat
het wapen zou gaan terugkeren in de Efteling, of was dit
gewoon weer een perfect geplande prelude op het
jubileumjaar? Hoe het ook zij, het blijft om het oude
wapen gaan, dat wellicht toch niet meer zo geschikt is als
symbool voor de Efteling. Of toch wel?
Gevierendeeld; I en IV doorsneden in twee- en
eenderde van goud en bruin, met op en over de
scheidingslijn zittend Kabouter Efteling in zijn
gebruikelijke houding en kleuren; II en III in
zilver het zwarte toiletpictogram van de
parkplattegrond van 1976. Hartschild, het
gemeentewapen van Loon op Zand: in goud drie rode
met zilver beslagen horens, en een zilveren
schildhoofd met drie zwarte schuingeplaatste
schoenmakershamers. Het schild gedekt met een
zilveren goudbeslagen aanziende traliehelm voorzien
van een gemonteerd juweel met in het midden een
gouden hart. Dekkleden: zilver. Helmkroon.
Helmteken: een vlucht waartussen een zilveren schijf
met een zwart-omzoomde po. Het schild gehouden door
twee op een been knielende kabouters van natuurlijke
kleur, met rode kovel en muts, grijze wambuis,
blauwe hozen en rode puntschoenen, rustende op een
gouden lint met in zwart De Schoonste van het Land. |
Men zou
zich kunnen afvragen hoe een nieuw Eftelingwapen eruit zou
moeten gaan zien. Een wapen dat net zoals Pardoes het hele
park symboliseert. Alle attracties daarin weergeven zou
niet eens lukken, dat zijn er veel te veel. Men zou
eindeloos blijven discussiëren over welke attractie het
dan als enige mag doen. De familie Pardoes erin zetten zou
belachelijk zijn, een wapen is tenslotte geen statiefoto.
Alleen de Pagoda afbeelden zou weer te cheesy zijn, een
wapen is tenslotte geen parkfolder. Nee, de huidige
samenstelling is zo gek nog niet. Het Sprookjesbos is
tenslotte de oorsprong van de Efteling, en de figuren uit
dat prachtige stuk natuurgebied zijn herkenbaar voor
iedereen die het park eens bezocht heeft. Kabouter
Efteling en de Sprookjesbosheks zijn net zo representatief
voor het park als Pardoes. Misschien nog wel meer; de
oorsprong van de Efteling ligt immers bij kabouters en
heksen en niet bij over-het-paard-getilde
Disneyaftreksels.
|
Daarom is
het ook perfect dat juist nu, in het Eftelingse gouden
jubileumjaar, er naast Pardoes ook weer op veel plaatsen
naar het Eftelingwapen gekeken kan worden. Het wapen staat
zoals gezegd alweer in vernieuwde vorm afgebeeld op de
parkfolder en de parkinformatiebrochure, en het
verschijnt op meerdere plaatsen in De Bonte Harlekyn, waar
de jubileumtentoonstelling te vinden is. Ook pronkt het
nog steeds boven een dienstdeur in Efteldingen en op de
wagons van de Stoomtrein. Het wapen gaat
eveneens pronken op het jubileumboek en vast en zeker weer
een keertje op het nieuwe fotoboekje. Of tenminste, dat
mogen we toch hopen.
Het Eftelingwapen is tenslotte een prima weergave van waar
de Efteling voor staat. Sprookjes en romantiek. Maar een
echt wapen? Nee. Toch echt meer een logo. Had Anton maar
wat vaker in de zuidoosthoek van zijn Herautenplein moeten
gaan zitten, en onder het bellen van de klok met de
experts moeten keuvelen. Wil de Efteling dit echter wèl
als echt wapen voeren, dan kunnen we daar eigenlijk niks
van zeggen. Want in sprookjes, is álles mogelijk...
|