De Efteling is het enige
prentenboek ter wereld waar je doorheen kunt lopen. Je
ziet, je hoort, je zou de wonderlijke vertelsels zelfs aan
kunnen raken. Jammer alleen dat zoveel projecten er nooit het
levenslicht zagen. Maar in dit geschiedenisoverzicht wel. Elk
jaartal is een stukje verhaal om zo het hele verhaal voor altijd
te onthouden.
Ten noordwesten van Loon op Zand wordt in een buurtschap in de
Loonsche en Drunensche duinen een hoeve gebouwd. Op een
uithangbord staat de naam van deze hoeve: ‘Ersteling’. De
boerderij verdwijnt, edoch de merkwaardige naam blijft aan het
buurtschap verbonden. Door de eeuwen heen verbastert deze tot
Essteling. De gotische ’s-en gaat men op den duur uitspreken als
een f, waarna het buurtschap de naam Efteling krijgt.
We
schrijven het begin van de jaren ’30. De werkeloosheidscijfers
zijn hoog, de gezinnen zijn groot en er is weinig geld. In een
poging de bewoners van Loon op Zand en haar buurgemeenten wat
ontspanning ende vermaak te geven in de moeilijke tijden
ontwikkelen Pastoor F.J. de Klijn en Kapelaan E. Rietra in
samenwerking met Jac. Smit, de voorzitter van voetbalvereniging
DESK, plannen om op buurtschap de Efteling een Sportpark op te
gaan richten. Niet alleen krijgt de lokale bevolking op deze
manier wat afleiding, er wordt op deze manier ook tijdelijke
werkgelegenheid gecreëerd.
Op de schrale duin- en bosgronden ten zuiden van Kaatsheuvel
gaat in de zomer de eerste spade de grond in. Op de uitvoering
van de aanleg van het sportpark wordt toegezien door de
Koninklijke Nederlandsche Heijdemaatschappij. De gronden waar de
sportvelden worden aangelegd zijn in het bezit van de parochies
St. Jan en St. Jozef.
Op 19 mei 1935 wordt het Rooms-Katholieke Sport- en Wandelpark
officieel geopend. In nauwelijks een jaar tijd zijn hier een
Hoofdvoetbalveld, de huidige plaats van de Indische Lelies,
Twee Oefenvelden en een Speelweide, op de huidige
locatie van Shangri-La, komen te liggen. Hier kunnen de inwoners
van Kaatsheuvel in aansluiting op de doelstellingen van de kerk
een ‘gezonde geest in een gezond lichaam’ houden.
Met nog altijd de Kerk als drijvende kracht achter het R.K.
Sport- en Wandelpark wordt bij het sportpark de Speeltuin
geopend, die het recreatieve karakter van het park versterkt. In
deze speeltuin zijn onder andere een hoge Glijbaan, een
Kabelbaan, een Draaimolen en een echte Ponybaan
te vinden.
|
|
|
Wilde natuur,
ruyghten: ze bepaalden
het uiterlijk van de Efteling-gronden
voor honderden jaren. |
Wilde natuur,
ruygten: ze bepaalden
het uiterlijk van de Efteling-gronden
voor honderden jaren. |
Al in 1936
opende de eerste speeltuin in het "R.K. Sport- en Wandelpark".
(Foto van later datum) |
In het Sportpark, dat inmiddels zo’n twaalf hectaren omvat,
wordt een Wielerbaan van zand geopend. De baan doet in
deze functie nog jarenlang dienst en wordt daarnaast gebruikt
voor vakantiespelen van de Broeders van de Liefde. Na 1937
blijft het door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog een
aantal jaren relatief rustig aan het uitbreidingsfront.
De schoenenindustrie van de gemeente Loon op Zand komt eind
jaren ’40 tot volle bloei. Meer dan een vijfde deel van de
Nederlandse schoenen komt volgens het Centraal Bureau voor de
Statistiek uit deze contreien. Om te vieren dat de Katholieke
Jonge Middenstandsvereniging twaalfeneenhalf jaar bestaat wordt
daarom op het terrein van het Sportpark van 23 tot en met 27
juli de schoeiseltentoonstelling ‘De Schoen’ gehouden. In
een aantal tentoonstellingshallen profileert zich hier de
middenstand van de gemeente Loon op Zand. De tentoonstelling mag
op het terrein worden gehouden onder voorwaarde dat al het
gebouwde in het park blijft staan.
De Toegangspoort aan de Parklaan, die is aangelegd
door de gezamenlijke Kaatsheuvelse aannemers zal bijvoorbeeld
nog jarenlang dienst doen als ingang voor het Sportpark en later
de Efteling.
De tentoonstelling is een groot succes en zet burgemeester
R.J.Th. van der Heijden aan het denken over de realisatie van
een meer grootschalig recreatief oord. Daarom worden op 1
augustus samen met ir. Heijdelberger van de Koninklijke
Nederlandsche Heijdemaatschappij op het Loon op Zandse
gemeentehuis plannen besproken om het park te gaan uitbreiden
tot een recreatiepark met ‘bergen en tien hectaren water’.
Heijdelberger gaat samen met ir. Markvoort van de Dienst
Uitvoerende Werken aan de slag om de plannen uit te werken.
Op 25 mei 1950 wordt in de pastorie van de St. Jozefparochie de
naam van de Stichting R.K. Sport- en Wandelpark gewijzigd in
Stichting Natuurpark de Efteling.
Op 25 augustus gaat vervolgens de eerste spade de grond in voor
de aanleg van een Grote Vijver. De door Heijdelberger en
Markvoort ontwikkelde plannen omvatten naast de aanleg van de
vijver ook paden, parkeerterreinen, tennisbanen en sportvelden,
die in de jaren daarna zullen worden aangelegd.
In het nieuwe jaar wordt de vernieuwde Speeltuin aan het
publiek gepresenteerd. Deze bevindt zich aan de Europalaan aan
de voorzijde van het park. In de bosrijke omgeving waarin de
speeltuin zich bevindt staan een zestiental verschillende
speeltoestellen opgesteld. De toestellen varierën van een
rollende ton, tot een kabelbaan en van een wip tot een
schuitjesschommel. Als de Efteling in de navolgende jaren een
groeistoot krijgt en het accent meer op het sprookjesthema komt
te liggen wordt de speeltuin verder uitgebreid met verschillende
bijzondere speeltoestellen, zoals een Chinese familieschommel,
een Drakenschommel en zelfs de hoogste glijbaan van Nederland.
Met name in de beginjaren van het park behoort de speeltuin tot
de populairste attracties.
De hongerige of dorstige bezoeker kan terecht in het door de
Waalwijkse Architect A. van Stokkum ontworpen Theehuis,
dat op 11 mei wordt geopend. Het eerste permanente horecapunt
zal naarmate het park in omvang toeneemt zélf ook in omvang toe
gaan nemen en zal later bekend worden onder de naam ‘Het Witte
Paard’.
Burgemeester Van der Heijden is echter, mede op aanraden van
zijn vrouw, nog op zoek naar een exclusieve stunt om De Efteling
aantrekkelijker te maken voor het grote publiek.
In mei heeft in het nabijgelegen Eindhoven een bijzondere
festiviteit plaats. Om het 60-jarig jubileum van Philips te
vieren is het plaatselijke Stadswandelpark omgetoverd tot een
heuse Sprookjestuin, waar sprookjes van Hans Christian
Andersen en de gebroeders Grimm tot leven zijn gebracht. In
prachtig verlichte decors wordt hier een aantal sprookjes
uitgebeeld door echte mensen. Hoewel mede-initiatiefnemer en
creatieve duizendpoot Peter Reijnders erin slaagt van de
sprookjestuin een jaarlijks terugkerend evenement te maken, laat
het idee van een meer permanente manier om mensen in contact te
brengen met sprookjes hem niet los. De puzzel valt in elkaar als
hij bij zijn zwager burgemeester Van der Heijden op een
familiefeestje zit en het idee ontstaat om dit permanente
sprookjespark in de Efteling te bouwen.
|
|
|
Peter Reijnders,
het genie achter een oneindig aantal Efteling-wonderen. |
Het plan van
Heijdelberger en
Markvoort volop in ontwikkeling (1950). |
De in 1949 voor
"De Schoen"
gebouwde entreepartij. |
Reijnders denkt een concept uit om met poppen en technische
truuks sprookjes tot leven te wekken. In tegenstelling tot de
uit board opgebouwde Sprookjestuin moet in de sprookjesomgeving
in de Efteling gewerkt worden met degelijke constructies en
echte bouwmaterialen. Voor de technische effecten wordt een
beroep gedaan op Philips-medewerkers uit Eindhoven. Voor de
vormgeving kan Reijnders maar één man bedenken. De illustraties
die Anton Pieck maakte voor de sprookjes van Grimm zouden
volgens hem perfect in het park passen.
Aanvankelijk moet Pieck niet veel weten van het hele idee. Hij
heeft het druk genoeg met het werk dat hij al heeft en het is
hem niet duidelijk wat Reijnders met zijn ‘speeltuin’ en
‘sprookjespark’ bedoelt. Wel weet Reijnders Pieck zover te
krijgen dat de illustrator hem in Overveen ontvangt. Daar lukt
het Peter Reijnders zijn aanstekelijke overtuigingskracht op
Anton Pieck over te brengen, zodat deze zijn tekenkunsten leent
aan de unieke onderneming.
Aldus bedenkt Peter Reijnders de mechanieken en
sprookjesopbouw, en ontfermt Anton Pieck zich over de visuele
kant van het geheel. De altijd perfectionistische Pieck is nauw
betrokken bij de uitvoering van de door hem ontworpen bouwwerken.
Alles moet conform zijn tekeningen schots en scheef worden
uitgevoerd, iets waar veel bouwers problemen mee hebben. Deze
werkwijze druist immers in tegen alles wat zij gewend zijn en
geleerd hebben. Menig gemetseld muurtje moet tot op de grond toe
worden afgebroken omdat het er veel te netjes en recht uitziet.
Rechtshandige metselaars moeten maar met de linkerhand gaan
metselen en linkshandigen met rechts. Ook komt Pieck met het
advies links te werken en rechts te kijken. Daarnaast trakteert
hij de metselaars en timmerlieden meermaals op een borrel
alvorens zij beginnen.
|