Terug naar de Diorama-index De Boulevard -|- Tekening: Anton Pieck - Edits: Wonderlijke WC Web 2003
   

Locatie

Voor veel Gullivers op reis langs de wonderlijke wereld in het klein van het Diorama valt de nacht juist wanneer ze aankomen bij De Boulevard. De Boulevard ligt vlak bij een steile rotswand waarachter de hoge pieken van Bovenstein verborgen zijn. Aan een klein meer is een statig gebouw te vinden met daarvoor een brede boulevard. In de zomer is het hier vast goed toeven. 's Nachts, in het zachte blauwe maanlicht en met het sfeervolle gele licht achter de ramen die zich samen met de lantaarntjes langs de kade weerspiegelen in het water, krijgt het geheel de magische sfeer van de verstilde sprookjesachtige nacht.
 

 

Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003

Efteling-liefhebbers zullen het beeld wel herkennen: Ton van de Ven die met een sigaret in de mond druk aan het bouwen is aan een groot stuk Diorama-architectuur. De foto komt voor in zowel de Kroniek van een Sprookje als in “Mam, een duppie voor de kip?” (het aardige boekwerkje dat verscheen bij het veertigjarig bestaan van het park in 1992). Het Diorama-knutselwerk op de foto is het grote gebouw van ‘De Boulevard’ in wording. De balkonnetjes en andersoortige uitbouwsels zijn al geplaatst, maar de kleur moet nog aangebracht worden.
 

 
Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003
 
  


  Spiegeltje spiegeltje aan de wand
Wie heeft de mooiste weerspiegeling van heel het land? Nou, in elk geval komt de Boulevard een heel eind. Het verstilde water voor het bouwwerk werkt als een geweldige natuurlijke spiegel. Geen rimpeltje verstoort de rust hier.


Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003

  De prachtige kade doet ons niet alleen denken aan Italië, maar vooral op deze foto ook wel aan een stukje Seine-oever in Parijs. De inspiratiebronnen van de Diorama-bouwers zijn even divers als de landschappen die ze creeërden. Dat is wel duidelijk.


Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003
Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003

Een oeroude brug overspant een kleine vallei die echter slechts zelden een frisse bergstroom uit de achtergelegen toppen afvoert. De brug is, gezien de verdedigbare bouwstijl, van strategisch belang. Wat verderop overspant een tweede, houten bruggetje de kloof. Trappen verbinden de brug met de lagergelegen delen van het landschap.

Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003

 
De Maan
Grimm-index 173

Vele, vele jaren geleden was er eens ene land, waar de nacht altijd pikdonker was, en de hemel er als een zwarte doek overheen lag, want er ging nooit een maan op, en geen ster blonk er in de zwarte duisternis. Toen de wereld geschapen werd, was het nachtelijk licht er niet meer geweest. Uit dit land gingen er eens vier jonge mensen op een zwerftocht, en zo kwamen ze in een ander rijk, en daar stond ’s avonds, als de zon achter de bergen gezonken was, een lichtende kogel bovenop een eik, die overal een kring van helder, zacht licht uitstraalde. Men kon daar alles bij zien en goed onderscheiden al was het dan niet zo helder al bij zonneschijn. De zwervers stonden stil, en vroegen aan een boer, wat dat voor een licht was. “Dat is de maan,” antwoordde de boer, “onze schout heeft hem voor drie daalders gekocht en vastgemaakt op de eik. Hij moet er elke dag olie opgieten en hem schoon houden, zodat hij altijd helder brandt. Daarvoor krijgt hij van ons elke week een daalder.”

Toen de boer met zijn kar was weggereden, zei de één tegen de ander: “Die lamp zouden wij ook best kunnen gebruiken, want we hebben thuis een eik, die net zo groot is, en daar kunnen we haar aan hangen. Wat een heerlijkheid om ’s nachts niet meer in ’t duister rond te hoeven tasten!” “Weet je wat?” zei de tweeden, “We zullen kar en paard halen en die maan weghalen. Dan kunnen ze hier een nieuwe kopen.” “Ik kan best klimmen,” zei de derde, “ik zal haar wel naar beneden halen.” De vierde kwam met paard en wagen aan, de derde klom de boom in, voorde een gat in de “maan” trok er een touw door en liet haar naar beneden.
 
Toen de glanzende bol op de kar lag, legden ze er een doek over heen, zodat niemand de roof zou merken. Ze brachten haar met succes naar hun eigen land en zetten haar vast op een hoge eik. Iedereen was blij, dat de nieuwe lamp licht uitstraalde over alle velden, en kamers en hokjes zelfs verlichtte. De dwergen kwamen uit de rotsspleten te voorschijn, en de kleine kaboutertjes dansten in hun rode pakjes een reidans op de weiden.

Het viertal goot olie in de maan, hield de pit schoon en kreeg elke week hun daalder. Maar langzamerhand werden ze oude grijsaards, en toen de één ziek werd en zijn dood volde naderen, gelastte hij dat een kwart van de maan als zijn eigendom mee zou gaan in zijn graf. Toen hij dan ook gestorven was, klom de schout de boom in, sneed met de heggenschaar er een kwart stuk af, en dat werd in de kist bij hem gelegd. Het licht van de maan werd minder, maar toch nog niet hinderlijk. Toen de tweede stierf, werd hem het tweede kwart meegegeven in het graf en weer werd het licht minder. Nog zwakker werd het na de dood van de derde man, die ook zijn eigen aandeel meenam, en toen de vierde in ’t graf kwam, kwam de oude duisternis weer terug. Als de mensen ’s avonds zonder lantaarn uitgingen, stootten ze hun hoofden tegen elkaar.

Maar nu waren alle delen van de maan in de onderwereld weer bij elkaar. En daar waar tot nu toe altijd duisternis had geheerst, werden de doden onrustig en ontwaakten uit hun slaap. Ze waren versteld, dat ze weer konden zien, het maanlicht was net voldoende voor hen, want hun ogen waren zo zwak geworden, dat ze de zonneglans niet konden verdragen. Ze stonden op, werden weer vrolijk en namen hun oude leefwijze weer op. Sommigen hielden zich bezig met spel en dans, anderen liepen naar de herbergen, waar ze om wijn vroegen, dronken werden, ruzie maakten en gingen razen, en eindelijk hun knuppels omhoog hieven en elkaar stokslagen toedienden. Het lawaai werd steeds erger en drong eindelijk tot in de hemel door. Sint Pieter, die de poort van de hemel bewaakt, dacht dat er in de onderwereld een oproer was losgebroken, en hij riep de hemelse legers bijeen, die de boze vijand wanneer hij met z’n trawanten inderdaad het verblijf van de zaligen wou bestormen, moesten verdrijven. Maar toen er niets kwam, ging Sint Pieter op zijn paard zitten en reed door de hemelpoort naar beneden, naar de onderwereld. Daar bracht hij de doden weer tot rust, beval hun, weer in hun graven te gaan liggen en hij nam de maan mee, en die hing hij boven aan de hemel op.
 


 
 


Oh Romeo!

Misschien een beetje aan de hoge kant voor een Romeo en Julia-balkonscène, maar verder zou het er toch een prachtige locatie voor zijn? Balkonnetje, romantische verlichting en de maan die het geheel de gewenste illuminatie geeft.

    
Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003
 

Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003

Overigens verdwijnt veel van die later aangebrachte kleur onder het blauwe schijnsel van de nachtimiterende spots die het donkere deel van het Diorama de mystieke monochrome sfeer geven, slechts doorbroken door een paar verlichtte raampjes en lantaarns.

De Boulevard is een bouwwerk dat doet denken aan Italiaanse of andere Zuid-Europese badplaatsjes die zich spiegelen in de Middellandse zee. Ook het kleine kerkje links, over de grote (Romeinse?) boogbrug, past naadloos in deze vergelijking. Erachter verheffen zich hoge rotsen die de Boulevard omsluiten als beschuttende armen. Een afgeschermde baai met rustig water is het gevolg. In deze baai ligt een soort radarschip afgemeerd vlak voor de Romaanse arcaden die de Boulevard op straatniveau vorm geven. Misschien dat men hier ’s nachts kan inschepen voor een romantische boottocht over het maanverlichte water? In de verte horen we het ‘O, solé mio’ al weerklinken… Laat die liefdesbron maar weer aanrukken, want de lucht ruikt naar liefde aan de Boulevard van het Diorama!

 
Het Diorama - De Boulevard -|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web 2003   

De wandelaar die de Diorama-ramen volgt in oplopende volgorde volgens ons kaartje hieronder zal al spoedig de contouren van een eenzaam landhuis aan de horizon zien opdoemen. Voor hen die andersom lopen gloort er licht aan de horizon, want in de verte, voorbij de hoge rotsen, is het dag in Bovenstein.
 

 

     
 

© 2001 - 2003 Het Wonderlijke WC Web