Beste lezers,
Hoewel ik al jarenlang geen brieven meer
geschreven heb, maakte ik onlangs iets mee,
waardoor ik dit nu wel heb gedaan. Ik heb besloten
de brief naar de redactie van het Wonderlijke WC
Web te sturen, zodat jullie hem allemaal kunnen
lezen.
Enige maanden geleden, het zal zo in de herfst van
2001 geweest zijn, hoorde ik enkele mensen op het
plein, vlak voor mijn rots met elkaar praten. Nu
is dat niet zo bijzonder natuurlijk, want per
seizoen trekken er duizenden pratende mensen aan
mij voorbij. Deze mensen echter vertelden elkaar
dat het Sprookjesbos in 2002 precies 50 jaar
bestaat. Omdat de groep die dat vertelde
regelmatig in het park is en omdat ik ze wel vaker
zie, ga ik ervan uit dat zij er wel verstand van
hebben en dat het dus klopt. Al 50 jaar, wat een
tijd zeg!
En nu ik er eens wat beter over ben gaan nadenken
realiseer ik me ineens dat ik dus ook al 50 jaar
bosbewoner ben. Ik moest meteen even terugdenken
aan al die jaren geleden, toen ik, net uit dienst
bij de koning als dienaar, in het Sprookjesbos
aankwam, samen met mijn maatje Kogeloog. Vermoeid
van alle avonturen, waarover je alles kunt horen
als je een keertje bij me langskomt, vestigden wij
ons in het bos. We hadden meteen al in de gaten
dat er hier wat aan de hand was, want er werd druk
gebouwd in het bos. Overal zag je werklui bezig om
tussen de bomen de meest fraaie bouwsels neer te
zetten. De rots bij het watertje, die overigens al
in het bos aanwezig was, werd al snel door mij
ingenomen. De bazen van het bos, de heren Anton en
Peter (ja ik mocht ze zo noemen), vonden het prima
dat ik daar ging zitten, op voorwaarde dat op het
plein het verhaal van de zes dienaren ten gehore
mocht worden gebracht. Uiteraard vond ik dat best,
laat de kinderen maar horen hoe je door
samenwerken verder komt in de wereld. Blij nam ik
plaats op de rots en omdat ik nooit en nooit raak
uitgekeken, komt het dat ik hier nog steeds zit…..
In het Sprookjesbos is uiteraard van alles te zien
en te horen. In al die jaren heb ik de meest
wonderlijke geluiden opgevangen. En het gekke is
dat er steeds meer van die geluiden bijgekomen
zijn. In de eerste jaren hoorde ik prachtige
vogelgezang, muziek die mij sterk deed denken aan
rode balschoentjes die door een zaal zwierden,
trompetgeschal en een geluid dat ik tot nu toe nog
steeds niet kan thuisbrengen. Ik hoor steeds
kinderen joelen en op één of andere manier hoor ik
dat gejoel vlak daarna weer. Het lijkt wel of er
een papegaai in het bos zit, maar dat zal toch wel
niet in dit koude kikkerlandje. Jaren later zag ik
vanuit mijn rechter ooghoeken een huisje, waar een
meisje met een rood kapje voor staat. Bij het
huisje klinkt een stem, maar wat er gezegd wordt
kan ik niet verstaan, maar er wordt ook gezongen.
Ook hoor ik nu regelmatig gebalk van een ezel, een
geluid alsof er een trillende steen in het bos
ligt en luid gesnurk. Het gezang van de vogel die
ik hoorde in het begin is verdwenen en vanuit die
hoek klinken nu regelmatig grommende en
onheilspellende geluiden. Vreemd genoeg gaat er
aan die geluiden steeds een ander geluid vooraf,
een geluid alsof er aan iets metaalachtigs
getrokken word. Tot op heden weet ik nog steeds
niet wat dat geluid is. De laatste verandering in
het bos merkte ik vorig jaar. Schuin achter mij
werd er ineens ook een verhaal verteld. Omdat ik
niet steeds om kan kijken, weet ik niet waar dat
geluid vandaan komt, maar ik vang wel steeds
woorden op als: "Je mag zoveel Rapunzel eten als
je wilt…"en "Onherbergzaam oord". Toch wel jammer
dat ik niet van mijn rots af kan komen, ik heb
tenslotte een afspraak met de Efteling dat ik mag
blijven, mits ik wel op de steen blijf zitten en
alleen maar vooruit en opzij kijk. Omkijken is
helaas uit den boze, nouja die geluiden zijn ook
leuk. Misschien dat er ooit eens iemand komt met
foto's zodat ik ook eens de beelden bij die
geluiden kan zien.
Ik had het net over mijn vriend en collega-dienaar
Kogeloog. Velen van jullie vragen zich natuurlijk
af wat er met hem gebeurd is. Toegegeven, er staat
een beeldje op het dak van het etablissement
tegenover mijn rots, maar dat is natuurlijk niet
de echte Kogeloog. Ik zal eens vertellen wat er
gebeurde. Kogeloog mocht ook in het park blijven,
maar hij moest dan wel met een wesp op zijn neus
gaan zitten en net doen alsof hij zijn krachten
kwijt was, zodat hij niet in staat was een wesp te
verjagen. Nou je begrijpt dat dit voor Kogeloog
een enorme afgang betekende. Ongeveer acht jaar
heeft hij het volgehouden en toen was de maat vol.
Kogeloog heeft mij nog gedag gezegd en is daarna
teruggekeerd naar zijn vrienden Putoor,
Heuvelbuik, Springkuit en Koukleum. Ik heb nooit
meer wat van hem gehoord. Ook niet van de andere
dienaren trouwens. Zelfs de prins en de prinses
zijn nooit meer wezen kijken. Ik weet niet eens
hoe het met ze is. Jaren geleden heb ik me eens
laten vertellen dat ze zes zonen hebben gekregen
en dat die zonen ooit een verbond hadden gesloten
met een doortrapte tovenaarsleerling, waardoor ze
nu als standbeelden in het Sprookjesbos, vlak
achter me staan. Ik geloof hier helemaal niets
van, want die prinsen blazen op de trompetten en
ik weet zeker dat ik die trompetten al vanaf het
begin heb gehoord, dan zouden ze dus al als baby
op die dingen hebben moeten blazen, dus daar trapt
ome Langnek mooi niet in. Maar op zich kan het me
weinig schelen dat die dienaren en prins en
prinses nooit meer langs geweest zijn. Ik heb
inmiddels weer zoveel mensen leren kennen dat ik
het best naar mijn zin heb en voorlopig zeker niet
van plan ben om het bos te verlaten. Daarnaast heb
ik ook al jaren gezelschap van een gezellige
dikkerd die, recht tegenover mij, gezeten in een
wagen om voedsel bedelt. Hij schijnt Holle bolle
Gijs te heten, maar dat heeft ie zelf nooit tegen
me verteld, dus dat heb ik ook alleen van horen
zeggen.
Maar om nog even op het uitzicht om me heen terug
te komen: ik heb dan wel verteld wat er in dat
Sprookjesbos allemaal gebeurd was, maar ook in de
ruimte waar ik op uitkijk als ik mijn nek heb
uitgerekt is veel te zien. Aanvankelijk keek ik
uit op stukken natuurgebied en ik heb ook zelfs
een hertenkamp gezien. In de loop der jaren is er
veel veranderd in dit uitzicht. Eerst verscheen er
een luguber kasteel, waaruit van die enge geluiden
komen en later verrees er een vreemdsoortige baan,
waarover rare karretjes vliegen. Kennelijk vinden
de mensen die dingen doodeng, want er wordt flink
gegild als ze erin zitten. De rustige weg, waar
voorheen weinig mensen liepen werd een jaar of
zeven geleden ineens een stuk drukker. Waar je
eerst amper iemand zag, trokken vanaf dat moment
drommen mensen voorbij alsof ze net het park
binnengekomen waren. Gek genoeg werd de liefelijke
laan enkele jaren geleden omgebouwd tot luxueus
wandelpad met lantaarns, fonteinen en een beeld
van die gekke nar die nu ongeveer tien jaar door
het park dartelt. Bovendien klinkt er ook mooie
muziek. Of het allemaal nog niet genoeg is, is er
onlangs een compleet nieuw gebouw aan dat
wandelpad verschenen. Het is een vreemd rotsachtig
gebouw, waarlangs watervallen kletteren. Overigens
ben ik met dat laatste niet zo blij, aangezien ik
nu de hele dag aandrang heb, maar niet van die
rots mag afkomen. Hoewel ik het jammer vind dat
het uitzicht zo veranderd is, besef ik dat dat de
moderne tijd wel zal zijn. Aan de reacties van het
publiek op het plein merk ik dat ze het nog altijd
naar hun zin hebben in de Efteling en als zij blij
zijn heb ik ook plezier. O.k. ik moet er wel eens
wat voor overhebben, zo werd ik in de winter
voorzien van een stel idiote oorkleppen en kreeg
ik een zo mogelijk nog gekkere sjaal om, maar ik
neem het op de koop toe. Ik ben in al die jaren
van dat park gaan houden, maar dat is natuurlijk
ook niet zo raar als je bewoner van het eerste uur
bent.
Vriendelijke
groeten,
|