Twinkel banner deco  -|-  (c) Het WWCW 2001

  Ingezonden brieven

 

Ingezonden Brieven Logo -|- Foto: Friso Geerlings - Edits: Het WWCW (c) Het WWCW 2001

Met de nodige Oosterse magie belandde onderstaande brief zweverig op de deurmat van het WWCW-hoofdkwartier te Eindhoven. Leest u mee?

  ~ De Vliegende Fakir  ~

 

Brief Wapen -|- Scan: De Versamelaer - Edits: Het WWCW (c) Het WWCW 2001

  
   Een welgemeend vriendelijke groet aan u allen!

Ook voor mij is de tijd daar gekomen een brief te zenden naar uw onder Efteling-bewoners zo immens populaire brievenrubriek. Als meest prominente fluitspeler in het park zie ik het als mijn plicht om hier een duit in het steeds voller rakende zakje te doen. De hoogste tijd is het, om mijn onvrede te uiten over een aantal zaken, die mij na aan het hart liggen. Maar vooraleer ik begin, wilt u mij graag bij voorbaat excuseren voor de onderbrekingen die in deze brief zitten. Mijn tijdschema laat slechts korte pauzes toe in een van mijn twee uit massief beton opgetrokken torens. Mijn gele tulpjes schreeuwen om aandacht.

 

Als er iemand te klagen heeft over de vele veranderingen in de parel van de Loonsche en Drunensche Duinen, dan ben ik het wel. Ik, die anno tweeduizend-en-vier alweer een zesenveertig jaar zo trouw en gedienstig op en neer pendel, een luttele vier meter boven de grond. Ik, destijds de grootste aanvulling op het park sinds het geopend was. Ik, die jarenlang heer en meester was over het vele prachtige natuurschoon dat mijn oosterse stulp omringde. Ik, die thans moet leven temidden van een om aandacht schreeuwend en overgekleurd pallet van lelijke sprookjes. Ik, voor wie het weer eens de hoogste tijd is mijn rode tulpen te gaan befluiten.

 

De competitie met de sedert 1986 nabijgelegen oosterse stad is altijd te verwaarlozen geweest. Gemakkelijk is het eerder, dat ik er af en toe heen kan vliegen om snel een boodschap te doen. Nee, daar zit hem de last niet. Die zit namelijk meteen over de drempel van mijn mooie witte paleisje. Daar rechts, waar eens de Eftelingse tuindienst onder mijn toeziend oog nestelde. Daar in het midden, waar eens een prachtig sierlijk pad mij direct met de rest van het bos verbond. Daar links, waar eens de siertuin lag. Die schitterende oase van bloemen in de meest fraaie kleuren die je ooit gezien had. Een waardige aanvulling op mijn arsenaal van rode en gele tulpen… alhoewel… ik geloof dat de gele wel weer een fluitbeurt kunnen gebruiken.


Een of andere onverlaat heeft enkele jaren geleden besloten dat het een goed idee zou zijn om de laatste onbebouwde sectie van het Sprookjesbos op te offeren aan alles wat de heer Pieck verboden heeft. De reus van Klein Duimpje slijt als verloren broer van Kloontje, Dan, Toen, Ooit en Nu al slapend zijn dagen naast buurman Repelsteeltje die men na een mislukte facelift in zijn gezicht, met lelijke littekens als gevolg, hier maar een plaatsje heeft gegeven. Meeste pijn krijgen mijn ogen echter nog altijd van wat in negenennegentig links van mij is verrezen. Waar de heer Reijnders met zijn gebruikelijke eenvoud met één muurtje kon volstaan, had de immer uitbundige Van de Ven een heel paleis met daar nog eens bovenop een volledig misplaatst blauw dak nodig om het sprookje van de Chinese Nachtegaal te kunnen vertellen. Zelfs de grootsten maken wel eens een uitglijder, zullen we maar zeggen. Mogelijk wilde hij met blauw mijn pallet van gele en … dadelijk ook rode bloemen aanvullen.

 

De plastic kers op de kunststof taart wordt echter gevormd door de bijna dagelijks terugkerende traktatie die ik krijg voorgeschoteld van theater van de aller, alleronderste plank. In het sprookjestheater aan de zuidzijde van de Indische Waterlelies wordt entertainment gepresenteerd dat zelfs een Valkenier-beambte het schaamrood op de kaken zou bezorgen. Het theater kenmerkt zich door verfoeilijk slecht toneelspel en een ijzingwekkend valse zang, die door het hele Sprookjesbos en omstreken trommelvliezen doet springen. Ja, het is zelfs zo verschrikkelijk, dat ik mij onmogelijk voor kan stellen op wat voor manier het naar het Spookslot verbannen bliksemkanon voor de Trollenkoning ooit voor nóg meer overlast kon zorgen. Ik moet tijdens de shows mijn longen eruit blazen om mijn rode en gele tulpjes van de verwelkingsdood te redden. En alsof het al niet erg genoeg is trekt de show in het hart van het park als een magneet het grootste uitschot dat het Efteling-fandom ooit gekend heeft naar zich toe. Ik erger mij zo dat ik er groen maar vooral geel van zie. Ach, als die arme tulpjes dat nou ook toch eens wat meer deden…

 

Werd ons, beste lezer, al de Siertuin en de rust afgenomen, het gaat nog steeds van kwaad tot erger en nog erger. Want recentelijk werd begonnen met de bouw van alwéér zo’n exorbitant sprookjeskasteel waarop niemand zit te wachten. Om aandacht op deze nieuwste aanwinst te vestigen is de vanaf mijn opening altijd aanwezige verbindingsweg tussen het Herautenplein en mijn Brabantse Taj Mahal gewoon dichtgegooid. Wie nu nog tot bij mij wil komen, moet eerst langs de clown van Klein Duimpje, Vanessasteeltje en die katholiek correcte troela met haar stinklucifers slalommen, om in plaats van een schitterend aanzicht van voren, nog slechts getrakteerd te worden op een schamel zijaanzichtje, terwijl aan de rechterkant het felblauwe dak van China’s Twietvogeltje alweer lokt. Maar excuseer, want ik word zelf even gelokt door mijn rode tulpen.

 

Deze niet aflatende verminking en degradatie van het eens zo mooie en rustgevende bos moet een halt worden toegeroepen. Het zou de directie sieren als ze voor de afwisseling eens een keer wat intact zou laten, in plaats van alles tot in den treure te willen perfectioneren en uitbouwen en zo de wieg van het park tot aan de rand toe vol te stoppen. Het geld dat over zal blijven kan geïnvesteerd worden in nieuwe attracties. Mochten zij in dat beleid niet vertrouwen, dan raad ik hen aan eens naar de jaren tachtig te kijken, toen eenzelfde strategie ieder jaar weer leidde tot een explosieve toename van het aantal bezoekers. Tot slot nog even over mijzelf: mij gaan ze er niet onder krijgen. Ik ga gewoon door met mijn harde werk, zoals de heer Pieck en de heer Reijnders mij dat hebben toevertrouwd. Laten we hopen dat iedereen in het park zo een groot plichtsbesef heeft. Maar als u mij nu wilt excuseren, want ik geloof dat de gele tulpen om een magische fluitbeurt vragen.

  Sanai Gath!

  De Vliegende Fakir

Zegel -|- Edits: Het WWCW (c) Het WWCW 2001