Dag meneren,
Ik zit hier al heel lang een tijdje te zitten.
Waar ergens? Ik ben hier in zo heel een groot
gebouw en hier zijn allemaal aardige mevrouwen en
meneren. Maar ik hep altijd heel graag gezit waar
ik vroeger altijd zat. Eerst was daar toen een
speeltuin met wipwaps en schommels en een hele
hoge glijbaan en draaidingen en dat was heel leuk.
Altijd kwaamen de mensen mij eten en papier
geeven. En dat was heel lekke.
En toen kwaamen die Laafjes en maar dat was niet
so erg wand die waren heel aardig en heel veel
mensen hielden van hun en ik kreeg toen allemaal
Laariekoeks en Limoen. En heel soms ook Lurk. Maar
die Laven zijn toen ineens niet meer zo druk
worden bezocht en ik krijgde niet meer soveel en
toen kwaamen saavonts mensen van het park mij
allemaal eeten geeven want anders had ik omgekomt
van de honger.
Toen hadden ze ook nog de traptrijntje weggehaald
en van die mensen kreeg ik ook eten en ze deden
daar een draajmolen bouwen en daar was het nooit
druk. Ik krijgde toen heel veel honger en toen waz
het koud. Een liefe meneer hebt mij maar
weggehaalt waar ik al zolang gezit had.
Ik hep al vaker brieven opgeschrijft, maar ik hep
ook veel hongur. Daarom hep ik al heel veel van
die brieven opgegeten. Het was tijd dat ik eens
toch eens wat stuurde. En daarom hep ik wat
gestuurt. Want ik zit hier te zitten, maar ik kom
nooit meer eens in het park. Ik wil graag wat eten
en want ik krijgt hier niet soveel. Ik hoev niet
mijn oude plaats terug omdat want daar is niet
soveel te sien en eeten. Ik wil wel trug, dan
geejven ze mij weer wat. Mag ik weer erregens in
het park gaan sitten om eeten vragen?
Dank u wel.
Groetten van Baby Gijzje.
Oja en ik heb
zoon honger dat dat ik een stuk brief hep
opgegeeten. |