Attracties - Sprookjesbos - Repelsteeltje

 
 
Repelsteeltje -|- edits: Friso Geerlings © het WWCW 2005  
Een opschepperige molenaar maakt de koning wijs dat zijn jongste dochter van stro gouddraad kan spinnen. De koning nodigt het meisje uit op zijn kasteel, om er drie nachten lang voor hem goud te spinnen. Als ze dat drie nachten lang voor mekaar kan krijgen, mag ze zijn vrouw worden.
 
Het huisje van Repelsteeltje -|- Foto: Friso Geerlings © het WWCW 2005
Embleem 'Repelsteeltje' -|- Tekening: Bram Elstak © het WWCW 2005
Sprookje:
Repelsteeltje

Publicatietitel:
Rumpelstilzchen

Opgetekend door:
Gebroeders Grimm

Openingsjaar:
1998

Ontwerp:
Ton van de Ven

Ingesproken door:
?

Type sprookje:
Behuisd loertafereel

 

   



Was het u reeds bekend dat...

...de rook die uit de schoorsteen van het huisje komt, een latere toevoeging is?


...niemand weet, niemand weet, hoe de creatief medewerker die dit tekstje inzong heet?

 

 

De eerste nacht wordt de molenaarsdochter opgesloten in een kleine kamer vol met stro. Huilend valt het meisje in een hoekje in slaap, want van stro goud spinnen, dat kan natuurlijk niemand. Of toch bijna niemand, want ineens, bij een donderslag en een bliksemflits, verschijnt een klein mannetje dat beweert het wel te kunnen, maar hij doet het niet gratis. De molenaarsdochter geeft hem de halsketting van haar moeder. Daarop slaat de dwerg aan het spinnen en wanneer 's ochtends de zon haar eerste stralen over de horizon uitstrooit, heeft hij alle stro in de kamer tot gouddraad gesponnen.

De koning is heel gelukkig en voor de tweede nacht sluit hij de molenaarsdochter op, weliswaar in een grotere kamer dit keer. Ook nu weer verschijnt in het holst van de nacht de dwerg. In ruil voor de ring van haar grootmoeder, verandert de dwerg alle stro in goud.

Voor de laatste keer wordt het meisje nu in een kamer opgesloten, die deze keer nog groter is dan de vorige. OpnieuwValsig danst Repelsteeltje in het rond -|- Foto: Bram Elstak © het WWCW 2005 verschijnt het mannetje, maar omdat de molenaarsdochter geen andere juwelen meer heeft om de dwerg te betalen, moet ze hem beloven haar eerste kind af te staan. Ten einde raad gaat ze op zijn voorstel in. Wanneer de volgende ochtend de koning al het goud in de kamer ziet, biedt hij het meisje zijn hand aan.

Wanneer een jaar later het eerste kind van de koning en de koningin wordt geboren, krijgt de koningin bezoek van het mannetje dat haar drie nachten lang heeft geholpen met het spinnen van goud. Hij herinnert haar aan de belofte, maar zij wil hem het kind niet afstaan. Het mannetje doet een voorstel. Als ze binnen de zeven dagen zijn naam kan raden, mag ze het kind houden. Anders wordt het kind het zijne.

De koningin zendt al haar dienaren uit om lijsten op te stellen met de vreemdste namen. Elke avond komt de dwerg op bezoek, maar nooit weet de koningin de naam te raden. Tot één van haar dienaren, verdwaald in het bos, bij het huisje van een kleine dwerg komt die voortdurend staat te zingen: "Niemand weet, niemand weet, dat ik Repelsteeltje heet." Op de zevende dag arriveert het mannetje met een mandje om het kind mee te nemen bij het paleis. De koningin probeert eerst een boel andere namen uit, maar die blijken allemaal fout te zijn. Wanneer ze echter de naam ‘Repelsteeltje’ probeert, wordt de dwerg zo kwaad dat hij zichzelf van woede doormidden scheurt. En de koningin, de koning en hun kind leven nog lang en gelukkig.

De oorsprong van het sprookje
Het sprookje van ‘Repelsteeltje’ werd door de gebroeders Grimm opgetekend in hun "Kinder- und Hausmärchen" onder de titel "Rumpelstilzchen". Hun versie verwierven ze in 1808 in Kassel. De naam Rumpelstilzchen is een verbastering van de naam vDe duivelse spulletjes van Repelsteeltje -|- Foto: Bram Elstak © het WWCW 2005an het Duiste volksspel "Rumpele Stilt". De originele versie van Grimm verschilt echter nogal sterk van de versie zoals we die nu kennen. In de versie van Grimm kan een meisje alleen maar gouddraad uit vlas spinnen. Een mannetje helpt haar, in ruil voor de belofte van het eerste kind en al het goud dat ze maar kan spinnen in zeven dagen, aan een prins. Als zij zijn naam weet te raden, vliegt hij weg op een pollepel.

Het motief van het raden van de naam is door Puccini groots uitgewerkt in zijn opera Turandot. De gebroeders Grimm gebruikten voor hun versie (met het meisje dat alleen gouddraad kan spinnen) een motief dat gebaseerd is op een vroeger gebruikelijke huwelijkstest in landelijke gebieden; een echtgenote moest in staat zijn te spinnen omdat het maken van kleding één van haar belangrijkste taken in huis was.

Het type van het duivelsprookje (want dat is wat Repelsteeltje is, een incarnatie van de duivel) is wijd verspreid in Europa. In Engeland is Repelsteeltje bekend als Tom Tit Tot en in Frankrijk als Ricolin Ridon. In de verhaaltraditie van Nederland staat hij bekend onder namen als Oegemantsje en Heideskyn, in Vlaanderen als Kwispelsteertje, Fuifelaar en Haantje-Taantje. Het sprookje vond ook zijn weg over de Atlantische Oceaan onder de wat conventionelere naam Rumpelstiltskin.

Het sprookje in de Efteling
Het is eigenlijk verbazingwekkend dat het tot 1998 heeft moeten duren vooraleer het sprookje van ‘Repelsteeltje’ een plaats vond in de Efteling. Alhoewel Anton Pieck in de jaren zestig enkele schetsen bij het sprookje van ‘Repelsteeltje’ maakte voor een sprookjesboek met sprookjes van Grimm, maakte Ton van de Ven voor de uitvoering van ‘Repelsteeltje’ in het Sprookjebos heel eigen tekeningen.

De dienaar van de koningin hoort het rijmpje van Repelsteeltje -|- Foto: Bram Elstak © het WWCW 2005Samen met ‘Klein Duimpje’ werd ‘Repelsteeltje’ toegevoegd aan het Sprookjesbos in 1998. Hiervoor werd de "officiële" Sprookjesbosroute licht aangepast: achter ‘De Indische Waterlelies’ werd een pad gemaakt dat het achterste gedeelte van de Siertuin doorkruiste. Via de reus van ‘Klein Duimpje’ kom je bij het huisje van Repelsteeltje terecht. In het huisje, dat opgetrokken is tussen de wortels van een afgehakte boom, staat een beweeglijke animatronic van Repelsteeltje, die voortdurend het wijsje "Niemand weet, niemand weet, dat ik Repelsteeltje heet" zingt. Buiten, aan de deur van het huisje, staat de dienaar van de koningin Repelsteeltje af te luisteren. De dienaar van de koningin is een pneumatische robot die heel vlot beweegt. Hij beweegt zijn hoofd naar de deur toe en wanneer hij de naam van Repelsteeltje heeft gehoord, knikt hij begrijpend met het hoofd. In het park wordt het sprookje van ‘Repelsteeltje’ niet verteld. Het enige wat te horen is, is het wijsje van Repelsteeltje (ingesproken/gezongen door een creatief medewerker) dat door twee speakers achter de luikjes naast het venster wordt afgespeeld.

De inrichting van het huisje, met een vleermuis aan de dakspanten, dierenschedels op de planken en allerlei flesjes met mysterieuze en vervaarlijk uitziende drankjes her en der, geeft het een en ander weg rond de eigenlijke gedaante van het mannetje. Het sprookje is middels een infrarooddetector alleen actief wanneer er bezoekers voor het huisje staan. Op rustige dagen is het dus heel wel mogelijk dat Repelsteeltje plots begint te giechelen wanneer je in de buurt komt.


 
Niemand weet, niemand weet,
Dat ik Repelsteeltje heet

 


Het sprookje komt niet voor in het sprookjesboek van de Efteling, maar in 1970 werd het wel opgenomen voor het tweede album met luistersprookjes van de Efteling (CNR 100.389-2). De versie van de Efteling eindigt wel minder wreed dan de versie die hierboven werd samengevat. Wanneer de koningin zijn naam weet te raden, reageert Repelsteeltje zo teleurgesteld dat zij hem uitnodigt om af en toe op het paleis naar het kindje te komen kijken. Een opname van het originele Repelsteeltje-rijmpje kun je terugvinden op "Efteling-CD 2". ReDi Entertainment bracht het sprookje voor de Efteling ook, als een heel nieuw luistersprookje, uit op CD 2 van “Efteling-sprookjes”. Het sprookje is eveneens te vinden op de eerste DVD met afleveringen van de TV-serie “Sprookjes”. Als decor heeft men onder andere gebruik gemaakt van het carrouselpaleis als troonzaal van de koning, en het huisje van de grootmoeder van Roodkapje als huisje van Repelsteeltje.

Repelsteeltje in zijn huisje -|- Foto: Bram Elstak © het WWCW 2005

 

 

© 1998 - 2005 Het Wondere Wereld Web / Het Wonderlijke WC Web | teksten: Erwin Taets, Friso Geerlings en Paul Melssen