De Efteling is het enige
prentenboek ter wereld waar je doorheen kunt lopen. Je
ziet, je hoort, je zou de wonderlijke vertelsels zelfs aan
kunnen raken. Jammer alleen dat zoveel projecten er nooit het
levenslicht zagen. Maar in dit geschiedenisoverzicht wel. Elk
jaartal is een stukje verhaal om zo het hele verhaal voor altijd
te onthouden.
Des werelds grootste schipschommel, De Halve Maen, ligt
vanaf dit jaar in veilige haven in de Efteling. Het door Intamin
gebouwde wereldwonder laat voortaan de bezoekers van natuurpark
‘De Efteling’ lustig heen en weer zwieren. Het concept van de
schommel grijpt terug naar elementen uit het oude kermisvermaak,
die het op een spectaculaire manier in een hedendaags jasje
steekt. Het schip heeft een lengte van 27 meter en er kunnen
ongeveer 85 bezoekers in plaatsnemen. Deze bereiken een
uitzwaaihoogte die op kan lopen tot 25 meter. De schipschommel
is zó groot, dat hij er als grootste van de wereld een plaatsje
in het Guinness Book of Records mee verdient. Ton van de Ven en
zijn ontwerpteam staan er wel op dat alles in een mooi Eftelings
jasje wordt gestoken. De gevel achter de schipschommel is daarom
aangekleed als een sfeervolle haven, met op de voorgrond een
pier waaraan het VOC-schip gelegen is.
|
|
|
Minder imposant, maar daarom nog niet minder
fraai is de kleine toevoeging van dit jaar: op de Breughelbrink
kunnen bezoekers voortaan in een nis een miniatuurtafereel
bewonderen. Het is een uitbeelding van het sprookje De
Rattenvanger van Hamelen van de Gebroeders Grimm. Ieder
kwartier komt de De Rattenvanger van Hamelen voorbij, op de voet
gevolgd door de schare ratten die hij zojuist uit de illustere
stad heeft gelokt.
|
|
|
De Halve Maen
prijkt, als nieuwe attractie van het jaar, op de
parkeersticker. Zo
eert het park vrijwel elk seizoen haar
nieuwste aanwinst. |
De landrotten in
de top kunnen het park overzien vanaf een hoogte van
vijfentwintig meter. |
Stipt op 't
kwartier... Pieck ontwierp al eens een rattenvangertafereel,
dat Ton van de Ven gebruikt als basis voor het kleine
diorama van 1982. |
In de avontuurlijke
bossen van de Efteling wordt Uru Bamba ontdekt, de eerste
attractie uit een geplande reeks van vijf grote projecten die de
Efteling meer vorm en inhoud moeten geven. In deze wildwaterbaan
nemen bezoekers plaats in ronde vlotten, waarin zij een
spectaculair woest-water avontuur beleven. Langs oude tempels,
rotsen en watervallen leggen ze een prachtig aangelegd traject
af. Ton van de Ven liet zich voor de aankleding inspireren door
de culturen van de Incas, Mayas en de Azteken. De blokvormige
bouwstijl met zandstenen beelden en reliëf geeft de attractie
een geheel eigen karakter, zonder dat deze stijl botst met die
van gevestigde Efteling-orde. De attractie is groots opgezet:
over het parcours dat een lengte heeft van 520 meter en dat een
hoogteverschil van drie meter overbrugt wordt per uur twee
miljoen liter water gepompt. De attractie is de eerste River
Rapid Ride in Europa en is op dat moment de langste van de hele
wereld.
In horecapunt Casa Caracol bij de uitgang van Uru
Bamba kunnen de vele opvarenden van de woeste rivier een lekkere
versnapering kopen om tijdens het drogen op te smullen.
Om plaats te maken voor Uru Bamba worden de roeibootjes
verplaatst naar de Vonderplas. In die plas wordt een pier
aangelegd waaraan de bootjes komen te liggen. De kanovijver, die
voorheen op de plaats van Uru Bamba lag, wordt verplaatst naar
de oude locatie van de roeivijver. Ook wordt de Wankelbrug, die
de Roei- en Kanovijver in tweeën deelde, naar het aan de Python
grenzende stuk van de kanovijver verplaatst. Met de komst van de
Pegasus in 1991 wordt ze opnieuw verlegd, zodat bezoekers vanaf
dan onder de constructie van de houten achtbaan door kunnen
wankelen.
|
|
|
De naar de
beroemde Andes-bergrivier
in het voormalige Inca-rijk genoemde attractie is groots en uniek te
noemen. |
Verschillende
precolumbiaanse motieven worden door Van de Ven op
effectieve wijze ingezet ter decoratie. |
Een flinke dosis
Maya, Inca en Aztec-mythologie siert de wanden en overige
constructiedelen van de attractie. |
De grote snelheid
waarmee de Efteling haar uitbreidingen realiseert bereikt een
piek met de opening van maarliefst drie geheel nieuwe attracties.
Achter het Café-Restaurant aan de siervijver is Carnaval
Festijn gebouwd. Het ontwerpteam van de Efteling kon haar
voor 1984 bedoelde 1001-nachtshow niet op tijd afkrijgen en de
Efteling wilde het publiek toch een attractie presenteren. De
oplossing komt wanneer in 1983 Joop Geesink in een
directievergadering op de proppen komt met zijn maquette voor
wat hij beschrijft als de Eftelingse variant van Disneys It’s a
Small World. Terwijl de van reclamebedrijf de STER bekende
geestelijk vader van Loeki de Leeuw zachtjes het door Toon
Hermans gecomponeerde deuntje voor de attractie neuriet loopt
hij met zijn aanwijsstok langs de maquette. Geesink weet de
directie te overtuigen van de kracht van zijn attractie, waarna
hij toestemming krijgt om met zijn eigen ontwerpteam aan de slag
te gaan.
In de uiteindelijk tien miljoen gulden kostende attractie
ziet de bezoeker de hele wereld met een rode neus in de meest
uiteenlopende komische taferelen. Zittend in de bontgekleurde
karretjes wordt hij langs onder andere Nederland, Frankrijk,
Engeland, Italië, China, Afrika en Mexico gevoerd. Alles in de
wereld van Carnaval Festijn is simplistisch en abstract
uitgevoerd. Zelfs de technieken voor de in de attractie
gebruikte poppen zijn vaak verbluffend simpel, doch doeltreffend.
Het door attractiefabrikant Mack verzorgde transportsysteem van
de attractie is een variant op het bij Disney bedachte Omnimover
systeem. Dit systeem bestaat uit een aaneengesloten ketting van
karretjes die met constante snelheid het traject afleggen.
De gastheer van de attractie is de roodgeneusde Jokie de
Prrretneus, die zich in de jaren daarna ook zal ontpoppen
tot de mascotte van de Efteling. Vanaf het eerste jaar worden
bij de uitgang dagelijks rode neuzen uitgedeeld, een traditie
die de Efteling tot op heden in ere heeft gehouden.
De attractie wordt begeleid door de herkenningsmelodie van Toon
Hermans die in per land verschillende door Ruud Bos
gecomponeerde arrangementen is verwerkt. Bos maakt met zijn
muziek zoveel indruk dat hij gebombardeerd wordt tot
huiscomponist van het park. Hij mag het jaar daarna alweer
terugkeren om de muziek voor Fata Medina te schrijven.
De cartooneske stijl van de attractie staat haaks op de
romantische en sprookjesachtige sfeer die de rest van het park
domineert, edoch Carnaval Festijn is binnen de Efteling een
wereld op zich. Met haar vrolijke sfeer, grappige uitstraling en
eeuwig optimistische karakter omzeilt de attractie het scherpe
contrast met de rest van het park en verovert onmiddellijk de
harten van het publiek.
Carnaval Festijn brengt ook een eigen merchandisinglijn met zich
mee. De attractiespecifieke merchandising en andere Eftelingse
souvenirs zijn te koop in de naast de attractie gelegen
souvenirwinkel Jokie.
|
|
|
Dé maquette die
de directie tot een investering van tien miljoen gulden
weet over te halen. |
Jokie, gastheer
van het Festijn, en al snel mascotte van meer dan de
Geesink-attractie alleen. |
Joop Geesink met
de voor hem zo kenmerkende sigaar. Grenzeloze
overredingskracht. |
|
|
|
In de attractie
zijn tableaus opgetrokken in alle kleuren van de regenboog. |
Het park brengt
dit seizoen ook een huis-aan-huis bezorgde informatiekrant
uit... |
...met daarin,
naast het Carnaval Festijn, ook aandacht voor D'Oude Tuffer.
|
Elders in het park wordt ruim baan gemaakt voor D’Oude
Tuffer. Op een parcours van ongeveer 580 meters rijden
zeventien T-fords in de kleuren rood, geel en blauw. Vanaf een
fraai opstapstation rijdt men langs fraai aangelegde tuinen,
door een oude schuur en over en langs wateren met watervallen.
Kinderen mogen in deze attractie zelf sturen en ouders mogen
toekijken. Aan het eind van de rit krijgen goede bestuurders een
rijbewijsje.
Naast D’Oude Tuffer beginnen in dit jaar de sloepen van de
door de Efteling en Vekoma ontworpen Polka Marina hun
rondedans. De anderhalf miljoen gulden kostende kolossale
carrouselachtige koggenmolen heeft een doorsnede van ongeveer
achttien meter. Per rit kunnen in de 23 schuitjes gemiddeld
veertig personen mee en de attractie heeft een capaciteit van
ongeveer 1800 mensen per uur. In het midden draait in
tegenovergestelde richting een door Ton van de Ven ontworpen en
in Duitsland gefabriceerde walvis mee. Een enigszins beschonken
piraat probeert zichzelf in evenwicht te houden op de straal die
de enorme vis omhoog spuit.
Het tweede project in de geplande reeks van vijf grote nieuwe
projecten betreft een Verlenging van het Spoortreintracé.
Met het in vervulling komen van deze lang gekoesterde droom van
de Efteling loopt het treintraject eindelijk in een cirkel
rondom het park. Onderweg rijden Aagje, Neefje en Moortje van
Station West bij de Sint-Nicolaasplaets over een nieuwe over de
Siervijver aangelegde 75 meter lange brug naar Station Noord,
het voormalige Station Oost, bij het Café-Restaurant, langs het
nieuwe Station Oost bij de Python en langs Station Zuid bij Uru
Bamba. Om de tien minuten komt een van de twee ingezette treinen
voorbij, maar bij grote drukte kan de Efteling ook een derde
treinstel inzetten.
Bij een snelle attractie hoort een snelle hap. Onder de
Python wordt naast de Spreeuwenpot de Likkebaerd geopend.
In het tot op heden enige filiaal van de Likkebaerd-keten zal
men door de jaren heen snelvoer serveren met namen als een
Python Burger en een Volle Bak.
Aan het pad tussen Uru Bamba en de Kanovijver wordt ook De
Piraat in gebruik genomen. Het horecapunt biedt de bezoeker
een keur aan zoetigheid, waaronder suikerspinnen, zuurstokken en
popcorn.
Op het eiland in de Siervijver prijkt vanaf dit jaar een groot
Oosters paleis met enkele fraaie torens. Het bouwwerk is de
ingang van de met avontuur en mystiek doordrenkte attractie
Fata Medina, een boottocht langs de Sprookjes van
1001-nacht, waarin bezoekers in overdekte bootjes door een
aantal buiten- en binnentaferelen varen. De bootjes worden aan
een grote kabel door het water gevoerd en worden middels een
onder het water aangebracht draaischijvensysteem in de juiste
richting genavigeerd.
Tijdens de rondvaart krijgt de bezoeker op een speciaal
aangelegd parcours een vijftal openluchttafereeltjes te zien.
Men ziet onder andere prinses Sheherezade, Alladin en de
Wonderlamp en Sinbad de Zeeman. Laatsgenoemde zal nog prominent
gaan figureren in de in 1998 te openen nabijgelegen attractie
Vogel Rok. Het parcours voert de bezoeker tegelijkertijd langs
een aantal prachtig aangelegde tuinen, die eens te meer
benadrukken dat natuur nog steeds diep is geworteld in de
fundamenten van het park. De spectaculaire finale van de
attractie vindt plaats in het paleis op het eiland, waar de
bezoeker indoor langs enkele schitterende taferelen vaart,
waaronder de grot van Ali Baba en de veertig rovers.
|
|
|
Het ontwerp van de attractie is van Ton van de Ven, die
opnieuw een topontwerp van sublieme kwaliteit aflevert. Er is
ruim vijf jaar gewerkt aan Fata Medina en door het verder
uitwerken van de simpele technieken van Peter Reijnders heeft de
Efteling een relatief eenvoudige manier van bewegen voor
animatronics uitgevonden die zich kan meten met die van de
audio-animatronics van Disney. In de komende jaren worden deze
technieken verder verbeterd en nog veelvuldig toegepast. Het
ontwerpteam is immers alweer bezig met de voorbereiding van een
nog veel grotere attractie, die voor 1988 op het programma staat.
Ruud Bos hernieuwt de samenwerking met de Efteling en
schrijft de overdonderende en opzwepende muziek van de attractie,
die de spanning en het mysterie van deze oosterse wereld tot
unieke hoogten tilt.
|
|
|
Ton van de Ven
zet op verzoek van het stichtingsbestuur een attractief
geheel op papier dat het eiland in de Siervijver tot een
waar pronkstuk moet maken. |
De overgang
tussen het buitengebied en de rijkgedecoreerde scènes binnen
is vorm gegeven als een reeks van min of meer bewoonde
grotten. |
De prenten uit
de door de Anton Pieck geïllustreerde edities van de
Sprookjes van 1001-Nacht hebben zeker hun invloed op het
ontwerp van Ton. |
Tegenover Fata Medina wordt de Oase in gebruik genomen,
waar men kleine lekkernijen als koffie, chocomel en ijsjes
serveert. Naast de Oase zet souvenirwinkel de Bazaar haar
deuren wagenwijd open.
Op 21 mei 1985 krijgt de Efteling opnieuw koninklijk bezoek,
wanneer Prinses Juliana het park bezoekt. Dan wordt
namelijk nabij Fata Medina de Wensbron geopend, waar een
vis met een schoteltje in zijn bek rondjes zwemt. Gooit men geld
op het schoteltje, dan bedankt de vis hardop. De opbrengsten
komen ten goede aan de Stichting Nederlands Kinderhulp Plan, een
stichting die onder meer de bouw van scholen en ziekenhuizen en
voorlichtingscampagnes in Derde Wereldlanden financiert met als
uiteindelijke doel een betere maatschappelijke ontwikkeling.
Anton Pieck leidt de prinses rond door de rest van het park.
De attracties van 1986 zijn een weinig gethematiseerd, maar
daardoor niet minder spectaculair. Omdat de ontwerpafdeling haar
handen vol heeft aan de realisatie van de nieuwe attractie voor
1988 wordt de Swiss Bob aangekocht en ijzingwekkend snel
gerealiseerd. Het principe van deze achtbaan is hetzelfde als
bij een echte bobbaan in de Alpen. De bobs glijden los over de
baan en bezoekers zitten achter elkaar, in plaats van naast
elkaar. De baan van de Swiss Bob wordt gebouwd op de plaats waar
voorheen de tennisbanen lagen en het Zwitserse hoofdgebouw ligt
tussen Uru Bamba en de roeivijver.
Bij de bouw van de Swiss Bob wordt nog een lugubere vondst
gedaan: tijdens het graven van de fundering wordt een naar wat
lijkt menselijke schedel ontdekt. Wanneer een locale
politieambtenaar ter plaatse komt stelt deze zonder echt goed te
kijken vrijwel direct vast dat het een hondenschedel betreft.
Als directeur Taminiau hem vervolgens vraagt hoe hij hier dan
wel zo zeker van kan zijn deelt de agent hem mede dat als de
Efteling de Swiss Bob op tijd op wil leveren de schedel maar
beter van een dier afkomstig kan zijn. Als deze van een mens is
kan men immers in afwachting van het forensisch onderzoek de
openingsdatum wel een paar maanden gaan uitstellen en dat zou
hij toch ook niet willen? Uiteindelijk blijkt de schedel ook
echt niet van een mens te zijn.
Bij de uitgang van de Swiss Bob staat horecapunt In den
Vergulde Kobold. In de tijdelijk opgetrokken tent is een
schatkamer aan overheerlijke snacks te vinden. Een jaar later is
de tent verdwenen en is In den Vergulde Kobold omgetoverd tot
het permanente horecapunt waar iedereen nog steeds zo dol op is.
Een andere nieuwigheid, die naast Carnaval Festijn door
Geesink Studio’s uit de grond is gestampt, is de Jungle
Symfonie, naar een idee van de twee jaar eerder overleden
Joop Geesink. De Jungle Symfonie is een show met op muziek
bewegende dieren die een dag in de jungle uitbeelden. De
cartooneske stijl van de attractie wijkt, net als bij Carnaval
Festijn, sterk af van die in de rest van het park. Ook voor de
Jungle Symfonie worden meer simpel ogende en abstracte figuren
gebruikt. De muziek is wederom van Toon Hermans, de
arrangementen wederom van Ruud Bos. Muzikale nieuwkomer in dit
project is André van Duijn, die de teksten schrijft voor de
gezongen liedjes en die zelf ook een aantal stemmen inspreekt.
Verder wordt in het park voor een jaar de
ruimtevaarttentoonstelling Interkosmos opgesteld, die de
Efteling is aangeraden door ruimtevaartkundige Piet Smolders. Op
vierduizend vierkante meter wordt 150 ton aan expositiemateriaal
getoond. Hier zijn uit de ruimtevaart afkomstige motoren,
ruimtepakken, foto’s, capsules en heus maanzand te zien. De
tentoonstelling is een gigantisch succes en de Efteling gaat
daarom halverwege het seizoen met een aantal partijen rond de
tafel zitten om serieus te praten over de mogelijkheden voor de
realisatie van het Cosmo Science Center, een tweede themapark
waarin men onder andere de expositie wil gaan opnemen.
|
|
|
De Swiss Bob is
een unieke attractie; met een ijzingwekkende vaart razen de
bobs naar beneden. |
Voor de Jungle
Symfonie laten de ontwerpers van Geesink Studio's zich onder
andere inspireren door de Franse schilder Henri Rousseau. |
André van Duin
spreekt onder andere het aardvarken en de capibara in. Zijn
"Ritsel Ratsel Jumbo Jungle"-lied is al snel een ware hit in
het land. |
|
|
|
Interkosmos
biedt een unieke blik over
het IJzeren Gordijn. Sowjet-ruimtevaart op NAVO-grondgebied. |
's Werelds
beroemdste viervoetter na Pluto en Lassie: ruimtehondje
Laika. |
De
tentoonstelling toont alle aspecten
van de Sowjet-ruimtevaart, waaronder de lanceerinrichtingen
te Baikonur. |
|